
Beloega en ik – 15/07/2025 – Peter Callewaert
Op de Plancius was er ook een dromerige man ingescheept. Dit jaar is hij een kind van zestig. Het dromerige kind van zestig had al
Ik kijk naar de wereld, het leven, de mens én mezelf met de blik van een kind. Het kind dat ik zelf ooit was. Mijn innerchild. Daarom formuleer ik hier de enige opdracht die ik jou, beste lezer, wil zien uitvoeren: verwonder je en wek je innerchild. Dan gebeuren er bijzondere, stevige maar altijd mooie momenten én ontmoetingen.
Op de Plancius was er ook een dromerige man ingescheept. Dit jaar is hij een kind van zestig. Het dromerige kind van zestig had al
terracotta sjaaltranen over de wangen van mijn hartChristine nabij twee jaar al dat missen zo veel pijn kan doen, omdat de liefde veel groter was.
De dode kern wordt gearchiveerden gul alles gegevengeraadpleegd door nieuw leven. De boom nodigt uit aan zijn kwijnende tafelen leeft nog even. ‘Even‘ in bomentijdrekening.
Gelukkig was Job nooit zonder zijn Vos. Aan de kleine Job kwam de Vos vertellen over bevriend worden door elkaar tam te maken. ‘Tam maken’
de zee aan haar zijdeondanks honderd meter ver meters weg en weerin eb en vloed eb maakt plaatsvloed geeft energie de zee aan haar zijdespoelt
Rare titel hé. Het is tegelijk ook een citaat uit een zeer krachtige speech van mijn dierbare neef en vriend Nick Verstraete als ode en